Advies: In dienst van de toekomst – Van optimalisatie naar transformatie
De ambities die Nederland heeft op het gebied van wonen, zorg, klimaat en landbouw zijn niet waar te maken binnen het huidige systeem. Het beleid voor innovatie moet zich meer richten op wat in de toekomst nodig is en niet langer het bestaande in stand houden. Dat stelt de Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie (AWTI) in zijn advies: 'In dienst van de toekomst - Van optimalisatie naar transformatie'.
Download 'Advies: In dienst van de toekomst – Van optimalisatie naar transformatie'
Download 'Samenvatting advies: In dienst van de toekomst – Van optimalisatie naar transformatie'
Download 'Transformatiegericht innovatiebeleid – Een gezamenlijke landenstudie van VARIO en de AWTI'
Download 'Transformatiegericht innovatiebeleid – Een voorstudie bij het advies in dienst van de toekomst'
Download in Engels: 'Shaping the future - From optimisation to transformation'
Het innovatiebeleid versterkt vooral bestaande processen en belangen
Nederland is ervan doordrongen dat we de grote maatschappelijke vraagstukken op gebied van klimaat, voedsel, energie, mobiliteit en zorg moeten aanpakken. We hebben uitdagende ambities zoals de ambitie om klimaatneutraal te zijn in 2050 en de ambitie dat alle Nederlanders in 2050 minimaal vijf jaar langer gezond ouder worden. Er zijn op die vlakken bindende internationale afspraken. Voor deze grote maatschappelijke uitdagingen hebben we innovatieve oplossingen nodig. Die oplossingen zijn niet alleen technisch van aard en komen ook niet vanzelf. Daarvoor hebben we fundamentele veranderingen nodig in de manier waarop we onze samenleving organiseren: zogenaamde ‘transformaties’.
Met het huidige innovatiebeleid kunnen we de nodige veranderingen, en daarmee onze ambities in Nederland, niet realiseren.
Want, zo stelt de AWTI, het beleid versterkt nu vooral bestaande processen, structuren en belangen. Er is te weinig oog voor fundamenteel andere perspectieven die we nodig hebben om onze samenleving en economie toekomstbestendig en duurzaam te maken. Ook ontbreekt het in Nederland aan een inspirerend toekomstbeeld van ons land.
Transformaties: Opbouwen én afbouwen
Toekomstbeeld met afgewogen waarden en belangen
De AWTI ziet het als cruciaal dat er een inspirerend toekomstbeeld komt, dat gebaseerd is op scherpe keuzes. Zo’n toekomstbeeld werkt als een kompas en magneet voor onderzoekers, ondernemers, bedrijven, maatschappelijke organisaties, burgers en ambtenaren. Er ontstaat duidelijkheid over toekomstige markten én meer draagvlak voor innovaties. Dit geeft bedrijven en investeerders meer vertrouwen in de ontwikkeling en toepassing van innovaties. Het biedt burgers perspectief, zodat zij zelf initiatieven kunnen ontwikkelen en met meer zekerheid kunnen overstappen op duurzame innovatieve oplossingen. Het parlement moet een aantal scherpe keuzes maken over wat we belangrijk vinden, waaraan we prioriteit geven, hoe we verschillende waarden en belangen tegen elkaar afwegen. De regering moet de leiding nemen en organiseren dat het toekomstbeeld in samenspraak met de samenleving tot stand komt. En de verschillende perspectieven integreren en de gevolgen doordenken.
Toekomstbeeld als een kompas en magneet
Eppo Bruins, AWTI-voorzitter
Met dit advies doet de AWTI een appel op de nieuwe Tweede Kamer. Immers, het parlement heeft een belangrijke rol in de waardendiscussie die onderliggend is aan de keuzes die vereist zijn voor zo’n toekomstbeeld van Nederland. Er is nu, na de verkiezingen met nieuw elan in de kamer, de mogelijkheid om dat te doen. Hopelijk ook het lef. Wat dat betreft ben ik optimistisch en hoopvol. De urgentie was er al. De oproep met een toekomstbeeld te komen is ook niet nieuw. Het rapport bevat niet voor niets relatief veel referenties van die strekking. Doe daar een keer iets mee. Het is nu of nooit.
Sjoukje Heimovaara, AWTI-raadslid
Alleen al op het gebied van landbouw hebben we meer dan veertig visies. Wat we nodig hebben is een sectoroverstijgend toekomstbeeld voor ons land als geheel op de lange termijn. Hoe willen we in 2050 wonen, werken, energie opwekken, gezond blijven en ons verplaatsen? En wat willen we met natuur, landbouw, water en voedsel in ons land? Zo’n toekomstbeeld werkt als een kompas waarop we kunnen varen en is tegelijkertijd een aantrekkelijk en duidelijk beeld waar we in Nederland onze inspanningen op kunnen richten.
Wat kan de regering verder nog doen om de ambities te halen?
Naast de toekomstvisie adviseert de AWTI om beprijzing en normering in te zetten om transformaties verder te ondersteunen (CO2-prijs, ecotaks of ‘true pricing’). Dit zijn bewezen effectieve instrumenten om transformaties te versnellen. Ze stimuleren de vraag naar duurzame alternatieven en maken niet-duurzame routes minder aantrekkelijk. Angst voor een negatief effect op de concurrentiepositie van Nederland is onterecht. Ook zou de regering betere voorwaarden moeten scheppen voor maatschappelijke initiatieven en co-creatie. Want een toekomstbeeld kan alleen werkelijkheid worden in nauwe samenwerking met bedrijven, onderzoekers, maatschappelijke organisaties en burgers. De regering moet daarom de kennis én innovatieve kracht uit de samenleving beter benutten. Verder is aan de kant van de overheid meer kennis en expertise nodig over de onderliggende problemen en uitdadingen voor transformaties.
Combineer beprijzen, normeren en subsidiëren