Ministeries en politici moeten op eigen kennis kunnen varen
Scholen en horeca dicht en nu weer deels open, verbod op groepsvorming, anderhalve meter afstand. In een ongekend tempo zijn in de laatste maanden vergaande maatregelen genomen en deels gefaseerd versoepeld. De regering handelt in de coronacrisis tot dusver vooral vanuit de kennis van virologen, artsen en andere medische specialisten.
Velen hebben het al gezegd: we moeten experts van uiteenlopende aard betrekken bij de vervolgstrategie. Wij missen in die discussie echter een belangrijke vraag: Zijn de regering en de overheid voldoende toegerust om de kennis van deze en andere organisaties te identificeren, te integreren en te benutten voor de vervolgstrategie?
Hiervoor hebben departementen en het parlement namelijk een stevige eigen kennisbasis nodig, opgebouwd uit de kennis die hun goedopgeleide medewerkers aandragen. Nieuwe kennis kun je immers pas plaatsen als je het kunt relateren aan wat je al weet en, niet onbelangrijk, als je weet wat je niet weet.
Het antwoord op de vraag is nee. De overheid heeft in achterliggende jaren sterk bezuinigd op expertise en huurt nu veel externe experts in. Uit het laatste Jaarrapport Bedrijfsvoering Rijk (2018) blijkt dat veel ministeries de zogenoemde Roemernorm van maximaal 10% externe inhuur overschrijden. Het personeelsbeleid van het Rijk richt zich voor de hogere functies op de werving van generalisten. Deze hebben vooral kennis van procesmanagement, goede sociale vaardigheden en een mooi netwerk.
Natuurlijk is het belangrijk te voorkomen dat topambtenaren vastgeroest raken op één smal inhoudelijk spoor. Maar de balans is doorgeslagen naar te snelle wisselingen, met verlies van inhoudelijke expertise tot gevolg.
Wat het parlement betreft is de inhoudelijke ondersteuning van Kamerleden sinds jaar en dag beperkt. De Eerste noch Tweede Kamer beschikt over een eigen denktank. Daarbij heeft het parlement een hoge werkdruk, en de portefeuilles en de complexiteit breiden zich uit. Welke plaats is hierin voor kennis?
Een adequate kennisbasis is de broodnodige voedingsbodem voor politieke besluitvorming en beleid. Wanneer de regering de eigen kennisbasis niet op orde heeft, loopt Nederland risico, ook in toekomstige crises.
Opiniestuk van AWTI -raadsleden Tim van der Hagen, Ellen Moors en Roshan Cools is afgelopen 23 juni verschenen in het Financieele Dagblad.